De Bijbel spreekt op verschillende plaatsen over de rol en de positie van de overheid. Hier zijn enkele relevante passages en thema’s:
- Romeinen 13:1-7: Dit is wellicht een van de meest bekende passages over de overheid. Paulus schrijft hier:”Iedereen moet het gezag van de overheid erkennen, want er is geen gezag dat niet van God komt; ook het huidige gezag is door God ingesteld. Wie zich tegen het gezag verzet, verzet zich dus tegen een instelling van God, en wie dat doet roept over zichzelf zijn veroordeling af.”
- 1 Petrus 2:13-17: Petrus spreekt ook over de houding van christenen tegenover de overheid:”Erken omwille van de Heer het gezag van de keizer, de hoogste autoriteit, of dat van de gouverneurs, die door hem zijn afgevaardigd om misdadigers te straffen en om te prijzen wie het goede doen.”
- Mattheüs 22:15-22: Wanneer Jezus wordt gevraagd of het toegestaan is belasting te betalen aan de keizer, reageert Hij met:”Geef wat van de keizer is aan de keizer, en geef aan God wat God toebehoort.”
- Oude Testament: Er zijn talloze verhalen over koningen en leiders. Deze verhalen bevatten vaak zowel positieve als negatieve voorbeelden van leiderschap. Koningen zoals David en Salomo worden vaak positief afgeschilderd (hoewel niet zonder hun tekortkomingen), terwijl anderen zoals Achab worden beschreven als onrechtvaardig en goddeloos.
- Profeten: Veel profeten in het Oude Testament riepen koningen en leiders op tot gerechtigheid en waarschuwden tegen corruptie en het verlaten van God’s wetten.
- De houding van Jezus tegenover de overheid: Jezus leefde in een tijd van Romeinse overheersing in Israël. Hoewel Hij zich niet direct verzette tegen de Romeinse autoriteit, uitte Hij wel kritiek op de religieuze leiders van Zijn tijd en sprak Hij over een komend Koninkrijk dat niet van deze wereld was.
De Bijbel beschrijft dus verschillende aspecten van de overheid en hoe gelovigen zich daartoe zouden moeten verhouden. Over het algemeen wordt er respect en gehoorzaamheid aan de overheid onderwezen, maar ook een hogere verantwoordelijkheid aan God en Zijn geboden. Dit betekent dat wanneer de wetten of handelingen van een overheid in direct conflict zijn met God’s wetten, christenen een verplichting hebben om God boven de overheid te stellen.